Voor het eerst in anderhalf jaar dompelen we ons collectief onder in de betovering van een buitenfeest. FLUOR Festival en Super Zwoel op heilige bosgrond in Amersfoort, een thuiswedstrijd.
Na twee jaar van verplichte onthouding mag het bos de hunkerende menigte nu weer ontvangen. Met 750 gelukkigen nog geen tiende van de normale capaciteit, maar wat maakt het uit, gefeest gaat er worden. Het Amersfoortse poppodium FLUOR had geen zin nog langer te wachten op groen licht voor groter werk en trapt af met een eenmalig pop-up festival, na een glansrijke editie van het feest Super Zwoel een dag eerder op dezelfde locatie. Ook al was het ten tijde van de aankondiging nog ongewis of de vergunning voor de twee evenementen er zou komen, de kaartjes waren in een mum van tijd gevlogen. Natuurlijk sloegen fotograaf Mitchel Lensink en ik ook toe. Waar anders kon de Ontluiking, na de bombastische aftrap met protestmars Unmute Us, een beter vervolg krijgen dan op heilige bosgrond in eigen stad? Klein beginnen, groot eindigen, zoals het een ultieme ontluiking betaamt.
De zon straalt aan de azuurblauwe hemel alsof ze de zomer aankondigt, maar het is toch echt al 18 september. Een beloftevolle dag is het. Het is alsof ik weer achttien ben, ontwakend met de opwinding die hoort bij een debuterende feestganger. Ik steek mijn slaperige hoofd door het raam en luister. Naar de aanzwellende stadsgeluiden, naar de vogels, naar het licht fluisterende lommer aan de bomen; in mijn hoofd is het alsof ik het geritsel van hun broeders en zusters een paar kilometer verderop al kan horen.
Niet eerder klonk de lokroep van het bos zo luid als nu. Twee jaar lang was er geen feest in Birkhoven, een groen paradijs op de grens van Amersfoort en Soest, dat al in 2010 liefdevol ontmaagd is door Into the Woods. Sindsdien is het elk jaar dikke mik tussen de dansende festivalenclave en het bos, die samen verworden tot een tijdelijke wereld waarin de gelukzaligheid regeert.
En nu is het zover. Douchen, workout, comfortabel outfitje aan. Rondje markt, lekker visje erin. De opwinding is er nog steeds. Hoe deed ik dit ook alweer? Klein hasj-jointje. House! Uplifting house music door de speakers. Niet gelijk met gestrekt been erin, ik kijk wel uit. Langzaam kom ik in beweging, deinend op de beats. Ik gooi mijn armen los, mijn benen, draai mijn hoofd naar links en rechts. Rekken en strekken. Ik ben 34 nu, godallemachtig. Is dit nog wel voor mij? Mijn spiegelbeeld zegt van wel. Mijn innerlijke zelf ook. Ik wil voor altijd blijven dansen, voor altijd blijven spelen, totdat het echt niet meer gaat.
Mijn vriendin vlindert om me heen. Ook niet te houden. Zelfgemaakte bloemetjeslegging aan. Wat een lekker ding. Oké. Oordoppen check, tickets check, coronapas check. Zullen we gaan? Op de pedalen. Bij het station een korte pitstop, een vriend haakt aan. De licht steile berg op. Hoe vaak hebben we dit gedaan? Doet er niet toe, we doen het nog steeds. Zie de lach op onze gezichten. Drie dertigers, op weg naar bevrijding.
Steeds meer groen om ons heen. Links voorbij de dierentuin begint het bos. Normaal zouden we hier de bastonen al horen. Nu nog niet. De geluiden van een minifestival reiken niet zo ver. We zijn nieuwsgierig, we zijn benieuwd. Wat treffen we zo aan? Voelt het weer als vanouds? Gaan we door het geluid als in onze beste dagen? Kunnen we überhaupt nog een beetje dansen? En de mensen, zijn de mensen net zo opgewonden als wij? Wat doet de collectieve beleving van muziek met ons allen? En hoe ervaren de professionals uit de sector hun comeback? Wie ontmoeten we in de rij bij de toiletten? Nog even en we weten de antwoorden.
Geen knotsgekke taferelen bij de entree, geen gekrioel van uitzinnig festivalvolk, maar her en der plukjes mensen die in blijde stemming arriveren. Je kunt de hoopvolle verwachting van hun gezichten aflezen. Het is nog vroeg. De fiets parkeren bij de ingang van het Bosbad ging nog nooit zo makkelijk. Wat een lekkere binnenkomer. Easy going. Waar is de rij? Stukje doorlopen. Daar is de rij. Is dat de rij? Zeker wel. Een mini-rij. En dat terwijl die extra handeling er is, het scannen van de QR-code op de CoronaCheck-app, ons ticket naar deze bossige vrijhaven. Bliep, zegt het apparaat, en de poorten naar de festivalhemel gaan open.
Man, wat ben ik blij weer beveiligers te zien. Op een meter afstand druk ik voor de zekerheid toch snel mijn hasj in mijn sok, je weet maar nooit. Een amicale vent checkt mijn spullen. Hij scant het tasje met oordoppen. Zitten ook losse filters in. Geen pillen of andere chemicaliën, nee, nee. Die heb ik al mijn hele festivalleven niet nodig. Goedgekeurd. Een knik, een tikkie op de schouder. Veel plezier, jongen.
We zijn binnen! Het is echt waar, we zijn op een festival sinds anderhalf jaar! De eerste bekende koppen, de eerste omhelzingen. Wat lekker zeg. Huidhonger noemden ze dat, toch? Een kus, een boks. Zoveel lachende gezichten. En de zon, zij fonkelt door.
We dalen af, het intieme terrein overziend. Moet gezegd: het is niet uitbundig gedecoreerd allemaal, maar de Into The Woods-bril vertekent ons perspectief. Dit pop-up festival is in no-time uit de grond gestampt, ga nou geen appels met peren vergelijken. Gedanst gaat er worden, gezoend en geknuffeld, gefeest en geraved. Dat en niets anders is waarvoor we hier na maanden van missen en hunkering samenkomen. Het is zover, gooi de trossen maar los!
Linea recta op naar het hoofdpodium, waar Guylian de eerste discoklappers draait. Die boxen! Dat geluid! Stukkie dichterbij, de trillingen door mijn lichaam, voelen maar. Lekker zeg. Moeten we niet eerst munten halen? Dat was de volgorde toch? Betalen aan de bar deze keer, ook goed. Pils, we hebben zin in pils, want de zon schijnt en we mogen weer buitenspelen. Met mijn gezicht naar de dansvloer neem ik de toestromende menigte in mij op. Twintigers, dertigers, veertigers, een enkele vijftiger, ze praten bij en draaien warm. De eerste armen de lucht in, de eerste heupwiegende bewegingen. Aan alles voel je: er hangt extase in de lucht.
Naast mij staat een jongeman zonnestralen te vangen. Het is Subhash, 22 jaar oud, kok van beroep maar vandaag vooral fervent festivalganger die eindelijk zijn rentree beleeft. ‘Dit voelt als een bevrijding’, zegt hij. ‘Ik heb anderhalf jaar thuis gezeten. Nou ja, af en toe een klein huisfeestje, maar dat was het wel. Nu vind ik dit al heel wat, 750 man. We bouwen het op. Ik ben enthousiaster dan voorheen, merk ik. Ga sneller met andere mensen praten, juist omdat ik dat zo lang niet heb kunnen doen.’
Bram (24) luistert instemmend mee. ‘Ik weet het nog goed, twee weken geleden, mijn eerste feest. Die laatste twee uurtjes, ik voelde bijna ongeloof, zo mooi. Dat hadden we zo lang niet meegemaakt. Dan hoef je maar een klein feestje te hebben om het magisch te hebben. De juiste mensen, de juiste sfeer. Dat we vandaag naar 750 mensen gaan is fantastisch, maar eigenlijk gaat het om de energie van de dj’s en de vijftig mensen die dicht bij je staan, de rest is extra.’
Hij komt los en gooit er bijzondere superlatieven uit. ‘De muziek gaat door merg en been, op een positieve manier. En deze locatie is meedogenloos. Het bos van Into the Woods, dat proef je meteen als je binnenkomt. Het is veel compacter natuurlijk, maar de bomen staan er nog steeds. Ik weet dat Stranger, de afsluiter van vandaag, hiernaartoe komt mede dankzij het bos. Hij is selectief, maar dit is ook voor hem een magische plek. Dit bos doet wat.’
Bram beweegt zich in de kringen rond het Amersfoortse technofeest On9ekend, dat vandaag bijdraagt aan de organisatie. Een contemplatieve vraag: wat deed het met hem, anderhalf jaar geen rave? ‘Het is interessant wat dat met een mens doet. Je beschouwt feesten altijd als iets normaals en dat wordt dan afgenomen. Het gekke is: je mist het, maar daar wen je ook weer aan. Waar het pijn doet, dat zijn de kleine herinneringen, de flarden van mooie momenten op feesten van vroeger. Komen er ineens foto’s van vier jaar geleden tevoorschijn op je mobiel, van die herinneringen op Snapchat, weet je wel. Dan mis je het ineens heel erg. Maar de ontlading die we nu beleven is ook omdat we het zo hebben gemist. En als je ervan proeft wil je weer meer.’
Een dame, tijd voor het geluid van een dame. Ik schiet er een aan. Linda (27) is haar naam, en ze straalt net zo uitbundig als de zon dat doet. Ze deelt haar gevoel. ‘Laatst zat ik ergens waar de voormalig stadsdichter van Amersfoort, Jacques de Waart, een gedicht over vrijheid voordroeg. Dat raakte mij zo erg, ik linkte het heel sterk aan afgelopen anderhalf jaar. Ik besefte eens te meer dat we geen vrijheid hebben ervaren. En op dit soort festivals ervaar ik het ultieme gevoel van vrijheid. Op een dag als deze geef ik alles, sta ik met een gigalach op mijn gezicht en heb ik alleen maar heel erg zin in het leven.’
Dan, reflecterend: ‘Ik vond het stiekem ook wel lekker dat bepaalde dingen niet konden. Had daardoor veel tijd voor andere zaken, veel rust. Maar ik heb dit wel heel erg gemist, want hier hou ik heel erg van. Samenzijn, ontspanning. Ik denk niet aan werk, niet aan andere dingen, alleen aan plezier maken met andere mensen om me heen. Het leuke is dat je na anderhalf jaar mensen tegenkomt waarvan je niet wist dat je ze miste. Oh my god, jou heb ik zo lang niet gezien, hoe is het met je? Zulke ontmoetingen zijn geweldig.’
Of ze erin moet komen na zo’n lange tijd? Linda schudt nee, haar blonde krullen bewegen vrolijk mee. ‘Als ik er ben, dan ga ik. Ook dansen pak ik meteen op. Als ik de eerste beat hoor, dan zit dat gelijk weer in me.’ Een vraag voor mij. ‘Hoe is het met jou dan? Jij moet het nog ervaren, hè?’
Ja, goede vraag. Hoe is het met mij, nu de middag vordert en ik de eerste festivalmeters in de benen heb? Ik ben vooral blij al die gelukkige mensen om me heen te zien, die langzaam maar zeker één worden met het steeds energiekere ritme van de muziek. Ik vreesde enige mate van overprikkeling, maar dat blijkt ongegrond. 750 man, een heerlijk aantal om er weer in te komen. Tja, en deze plek, hè? Ik neem nog maar eens een lekkere snuif boslucht. Puur natuur!
‘Er moet meer gedanst worden’, zegt Erik (34), een vriend van me. ‘Ik heb zin in de ontlading als straks de muziek harder gaat. Ik heb mijn dansmoves niet geoefend, ben het verleerd denk ik. Ik weet niet of ik het nog aandurf. Hoe is het met jouw moves? Jou kennende heb je geoefend.’ Ik: ‘Jazeker, de basismoves gingen soepel.’ Erik: ‘Dan moet je daarbij blijven. Geen gekke moves, dan schiet het in je rug straks. Hou het simpel, Thijs.’
Wijze raad. We besluiten op te gaan in de vibe van de silent disco. Nooit een groot fan van geweest, maar vandaag zie ik overal de zon schijnen, dus ook onder die tent waar dj’s de drie kanalen op onze koptelefoons voeden met uiteenlopende muziek. Drie ritmes op de dansvloer, dat ziet er koddig uit. Ik geef me eraan over en dans, ik dans alles van me af.
Ik hang mijn koptelefoon snel op als ik Robin Bekkers (27) zie lopen. Die moet ik hebben. Robin is danceprogrammeur van FLUOR en kartrekker van de organisatie van dit festival. Een vluchtig vraaggesprek onder het gebladerte, want hij kan zo weer opgepiept worden.
Het eerste festival in de stad. Wat doet dat met jou?
‘Ik was heel zenuwachtig. Anderhalf jaar uit de running geweest, dan ben je toch een beetje bang dat je het verleerd bent, of je nog relevant bent met je producties. En willen mensen dit überhaupt nog? Je ziet de mensen lekker gaan, dus ja! Op het moment dat ze hun eerste biertje bestelden viel ik in een warm bad.’
Wat dachten jullie bij FLUOR: laten we alvast op de muziek vooruitlopen en wat doen voor 750 man?
‘In alle eerlijkheid: het gemis van sociale activiteiten doet wat met ons als organiserend poppodium. Wij zijn er voor de stad, wij zijn er om mensen bij elkaar te brengen, zodat ze samen kunnen dansen. Maar ook: nieuwe vrienden ontmoeten, nieuwe liefdes vinden, oude liefdes terugvinden en oude vriendschappen weer laten opbloeien. Als je dan de kans krijgt dat eindelijk weer te doen… Het was een ren-je-rotje, maar ik ben heel blij dat we hier nu staan met z’n allen. Ik heb nog nooit zo snel, in anderhalve week, een vergunning voor een festival uit de grond weten te beuken.’
Wat zie jij dat het losmaakt bij het publiek? Is het anders dan voorheen?
‘Ja, het is anders. Mensen zien elkaar voor het eerst sinds lange tijd. Ze ervaren een gevoel dat ze lange tijd hebben gemist en vallen elkaar letterlijk in de armen. Mensen lullen met elkaar, zoenen met elkaar. Die hele afstand, dat hele blijf thuis-verhaal bestaat niet meer. De enige plek waar corona bestaat is onze entree. Daar voeren we de coronacheck uit. Maar binnen deze hekken mogen we weer doen alsof we terug zijn in het oude normaal. Dat voelt bevrijdend en geeft energie. Ik heb in vier dagen maar zes uur geslapen, maar het voelt alsof ik net van vakantie op Ibiza terugkom.’
Korte recap: hoe was Super Zwoel gisteren?
‘Dat was de echte aftrap. Aan het begin waren er zeker kinderziektes, want we hebben het in anderhalve week georganiseerd. Maar vanaf het moment dat de eerste drankjes erin gingen was het meteen aan. Mensen zijn vroeg begonnen, ze hadden er zin in. En ze wilden niet weggaan. Zeker vijf minuten nadat de muziek was uitgezet stond het publiek nog mee te zingen. Je voelde gewoon dat ze dit hebben gemist. Extase alom. Ik liep de hele dag met kippenvel rond. Hoe het barpersoneel stond te knallen, de security, de crew, de productie, de ticketscanners, iedereen was op een heerlijk level. Kijk zelf, dit is bizar toch?’
En dat op een memorabele plek.
‘Ja, dat voelde in het begin heel dubbel voor mij. Los van dat dit ook het Bosbad is, is dit Into the Woods voor mij. Daar wilde ik eigenlijk niet aankomen. Maar ik heb veel gespard en overlegd met Kultlab, de organisatie van Into the Woods. Hoe is het terrein, hoe kunnen we dat het beste indelen? Met hun blessing zijn we hier en dat voelt als een eer. Weet je, natuurlijk voelt deze locatie vertrouwd. Maar wat nog vertrouwder voelt, dat zijn al deze mensen, de bezoekers, het personeel. Hun glimlach, die voelt vertrouwd. En dan maakt het vanuit FLUOR niet uit waar we staan, als de bezoekers er maar zijn.’
Een opmaat naar meer?
‘Dit is een pop-up festival vanwege de pandemie, in drie dagen was het uitverkocht. Tuurlijk smaakt het naar meer. Maar voor nu ben ik al voldaan. Verder dan dat zelfs. Vanaf moment één al. Toen de mensen binnenkwamen, kon ik eigenlijk al mijn spullen pakken, haha.’
Terug naar het hoofdpodium, waar Mahabe het stokje achter de decks heeft overgenomen. En dat zullen we weten ook. Han van de Grift en Mauro Zomer hebben hun soulvolle platen thuisgelaten en geven gelijk gas. Geef ze eens ongelijk. Deze mannen stonden op het punt van doorbreken, hadden elk weekend een gig in de hoofdstad of ergens daarbuiten, maar het coronavirus dwarsboomde hun triomftocht langs de podia. Vandaag is alles anders. Vandaag is een dag van hoop, van nieuw leven. Met die energie verzamelt hun Amersfoortse fanbase zich aan de frontlinie. Aan alles voel je: dit wordt een epische set.
In een hoekje merk ik Efe Yilmaz (27) op, in coronatijd gestopt als manager en boeker van onder meer Mahabe. Efe heeft een verhaal en dat wil hij graag in alle openhartigheid delen. Losgaan komt zo wel weer. ‘Ik zeg je eerlijk, ze hebben bij mij de vreugde eruit gehaald met al die lockdowns. Ik vind dat heel jammer om te zeggen, maar het plezier is grotendeels weg. Ik hoop dat het terugkomt. Het is alsof ik een liefdesrelatie had met iemand en diegene heeft me verlaten. Je krijgt vervolgens een eerste kans, een tweede, maar het blijft knagen, weet je. Nu probeer ik mezelf houvast te bieden, maar ik vind dat heel moeilijk.’
Hij gaat terug in de tijd. ‘Toen in maart 2020 alle boekingen werden gecanceld dacht ik: in september is alles weer voorbij. Ik had mijn spaargeld en ben een beetje daarop gaan teren. Op een gegeven moment was het december. Ik moest mijn woonlasten betalen, mijn verzekeringen, anders ben ik de lul. Toen ben ik bron- en contactonderzoek voor de GGD gaan doen. Dat is niet iets wat ik altijd wil doen, nee joh, maar het helpt me om mijn hoofd boven water te houden. Maar nu ben ik aan het dobberen en ebt de energie weg, het vuur dooft een beetje uit. Nu denk ik: hoe graag wil ik terug naar waar ik vandaan kom? Dat vind ik jammer. Want de culturele sector is waarin ik ben geboren. Het voelt als mijn thuis. Maar de realiteit in onze branche is nu heel moeilijk. Heel veel mensen die ik ken ervaren dit. Studiegenoten van vroeger zitten in hetzelfde schuitje.'
Een stilte. ‘Bro, hoe wij als culturele sector in de steek zijn gelaten. Hoe kan het dat de Formule 1 wel doorgaat en andere grote evenementen niet? Dat doet heel veel pijn. Ik ben nu gedwongen om dingen te doen die ik niet wil doen, maar ik moet overleven. Ik heb de kunstacademie gedaan. Mensen in mijn familie zeiden: ga niet de kunst in, dat is financieel moeilijk. Nu hebben ze gelijk. Zo frustrerend dat je er niets aan kunt doen. Want anders had ik in de spiegel kunnen kijken: ik heb geslackt, laat ik het beter doen. Maar dit is overmacht. Superdeprimerend verhaal, maar ik wil alles vertellen. Ik vind het belangrijk dat mensen dit soort verhalen horen. Misschien is het tough, misschien niet, maar dit is óók het verhaal. Veel mensen beseffen dat niet.’
Begrijp hem niet verkeerd, hij zit niet continu in zak en as. Efe is een opgeruimd persoon, heeft vaak een lach op zijn kop. De afgelopen tijd is niet alleen maar slecht geweest. ‘Ik heb kunnen focussen op mijn eigen ontwikkeling. Ik heb geleerd om alleen te zijn. Ik was altijd een mens dat mensen om zich heen nodig had. Een mattie spoorde me aan: ervaar eens hoe het is om op jezelf te zijn, alleen met je gedachten. Wat gaat er dan door je heen? In wat voor persoon verander je dan? Ik heb die raad opgevolgd. Ik ben twee maanden weggeweest, veel boeken gelezen. Het klinkt supercliché, maar ik vond het bijzonder om mezelf op die manier te leren kennen. Het was oké om me te vervelen, om alleen te zijn. Ik heb mensen gesproken die bad zijn gegaan in de afgelopen periode, echt psychisch bad. Mensen ook die superboos werden richting de regering. Ik dacht: ik kan me heel erg opwinden, maar daar heb ik alleen mezelf mee. Ik dacht vooral: hoe cope ik met deze situatie? Door daarop te focussen, kon ik de negatieve gedachten meer loslaten.’
En dat dit vandaag weer kan, een mini-festival in eigen stad, stemt Efe hoopvol. ‘Ik merk nu pas dat ik dit heel erg nodig heb. Al die energie van mensen, iedereen heeft dezelfde knaldrang en zin om andere mensen te zien, anders zouden we hier niet zijn met z’n allen. Maar ook een gesprek zoals nu met jou, dat is iets wat heel lang niet kon. Met z’n allen zijn is een verademing, man.’
Hij legt zijn hand even op mijn arm. ‘Ik raak jou nu aan, want dat heb ik gemist. Connectie. Dat dat weer kan, ouwehoeren met mensen, soms over niks, dat is allemaal oké en het is allemaal zo fijn. De muziek is de verbindende factor in dat wat er daadwerkelijk gebeurt. Muziek zorgt ervoor dat we samenkomen en in verbinding staan met elkaar.’
Een omhelzing, want dat kan ook weer. Op naar de inmiddels uitzinnige menigte bij Mahabe. Na zo’n puur gesprek mag ontlading volgen. Ik moet eerlijk zijn: door alle conversaties kom ik nog niet in mijn vertrouwde festivalmodus. Geeft niet. De Ontluiking zet door en ik kom vast en zeker aan mijn trekken. Voor nu voel ik mij voldaan als beschouwer. Al die blije hoofden. Die dj’s die ontketend hun platen leggen. Die jongen achter me in de rij bij de bar die verrukt tegen zijn vriend opmerkt: ‘Ik heb zelfs dit gemist, in de rij bij de bar staan.’ Dat meisje bij de silent disco dat bij het vallen van de avond uitroept: ‘Ik ben belachelijk gelukkig.’ Ja, dat alles maakt deze eerste festivalervaring een memorabele, zonder zelf helemaal los te gaan.
De MC van vandaag, mijn broer Luuk, zweept de boel nog maar eens op: ‘Amersfoort, laat je hóóóóren.’ Mahabe sluit zijn snoeiharde set af met de 128 full strings instrumental-versie van het nummer Black Water van Octave One. Zouden er wolken van geluk bestaan, dan zouden ze nu boven Amersfoort drijven.
Han van de Grift komt euforisch achter de decks vandaan. ‘Dit is waar we anderhalf jaar lang naar hebben gesnakt. Zo speciaal. Die tune die ik aan het einde draaide ken ik uit de tijd dat ik in aanraking kwam met clubmuziek. Een klassieker die overal werd gedraaid. Die track paste voor mij helemaal bij dit moment, nu we eindelijk weer samen zijn. Ik heb dat zo gemist. Het was geweldig om te zien dat mensen dat gevoel met elkaar delen. Je zag de synergie op de dansvloer. Niks beters dan dat, we zijn geboren om dit te doen.’
Een fan onderbreekt hem: ‘Het was fucking hard, ouwe.’ Han ontvangt het compliment dankbaar en wendt zich weer tot mij: ‘We waren inderdaad aan het doorbreken voordat corona kwam. Concerttour met Lövestad gedaan en een volle zomertour in het vooruitzicht. Dat was ineens allemaal weg en dat was heel kut. Maar corona gaf ons ook de unieke kans om onze sound te ontwikkelen. We hebben onszelf afgevraagd: wat willen wij zelf graag horen? Wij vinden het allebei supertof als een artiest ons weet te verrassen met tunes die je niet had verwacht. Dat hebben wij tot nu toe niet gedaan, maar die tijd is gekomen. Mensen kennen ons van house, disco, maar we houden ook van hiphoptunes draaien. Wij zien het zo: als het vette muziek is, is het vette muziek. Welk tempo of genre dan ook.’
Hij kan niet wachten om door te pakken. ‘Ik moet eerlijk zeggen, ik dacht wel na al die lockdowns: weten mensen nog wie we zijn? Maar we zijn de komende maanden steady geboekt, dus we gaan een opwaartse spiraal in. Dit was een speciale start. In het Into the Woods-bos, met vrienden in de productie, vrienden voor de booth, vrienden achter de booth. Wij dromen al jaren van dit soort momenten en als het dan gebeurt… Ik kan het bijna niet geloven. Dit is priceless, man.’
Priceless is ook het optreden van DIEDE & Rik Blom, twee opkomende techno-dj’s die een bijzonder energieke set neerzetten. Stuiterend staan ze achter de decks, aangedreven door de stuwende platen die ze uit hun schatkist opdiepen. Het publiek volgt hun voorbeeld. Niet gedwee, maar vol overgave. Een kluwen mensen in euforische staat. Afsluiter Stranger uit Rotterdam doet daar een flinke schep bovenop. Het bos loopt over van extase.
Ik aanschouw het met een voldane glimlach. En werp een verliefde blik op de vertrouwde bomen. Met een gerust hart kan ik vaststellen: een heilig bos is het nog steeds.
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en ontvang onze prille producties als eerste.